Herr Heinzelmann

ANNIE 
In een bootje met een buitenlander
Ja, dan zie je zo het een en ander
In een bootje met een vreemde heer
Hij zei: Genaedige Frau; ik zei: Bitte sehr
ANNIE EN MOEDER ANNIE
Herr Heinzelmann
We gingen samen naar het Deltaplan
Hij had een nieuwe blauwe blazer an
Zo'n mooie man, Herr Heinzelmann
Herr Heinzelmann
We waren samen toch zo'n enig span
En ik was helemaal bezeten van
Herr Heinzelmann, Herr Heinzelmann

ANNIE
In een bootje in de Sonnenschein
Ja, das könnte so gemütlich sein
Na een poosje zei hij: Suesse Maus
Na een poosje riep ik: Hände zu Haus

Herr Heinzelmann
Ik zeg u duidelijk dat dit niet kan
Daar komen hele nare dingen van
Beheers u dan, Herr Heinzelmann

Herr Heinzelmann
O, kijk toch uit wat, bent u nou van plan
Het hele bootje gaat van sansansan
Herr Heinzelmann, Herr Heinzelmann
MOEDER ANNIE Hij zei:
HERR HEINZELMANN (FLIP):  Liebling, sei doch nicht so dumm!
MOEDER ANNIE:

Ik zei: guck doch aus, wir schlagen um
En ten slotte zei ik: lass mich los
Nicht so friemeln, denn ich wirde bos

ALLEN:
Herr Heinzelmann

MOEDER ANNIE:
Ik ben een dame en daar hou ik niet van
Ik sla u dadelijk voor uw hersenpan
Zo gaat dat dan, Herr Heinzelmann

Herr Heinzelmann
De boot sloeg om en ja, daar lag die dan

ALLEN:
En hij verdronk met heel zijn rataplan

Dat komt er van, Herr Heinzelmann

Herr Heinzelmann, Herr Heinzelmann
Herr Heinzelmann